Trinity Walks.
Als uitgangspunt voor deze ‘Artist in residence’ nam ik als werkthema de drieëenheid kosterswoning / kerk / atelier. Mijn focus lag daarbij op het alledaagse bewegen tussen die drie gebouwen. Middels tekenen, schilderen en fotografie verkende ik verschillende parcoursen. En hier en daar kruisen die paden zich. Wanneer ik aan Vincent van Gogh denk, denk ik niet direct aan dat ene schilderij, maar aan de manier hoe hij ons anders liet kijken. Naar het licht, het alledaagse leven en met belangstelling naar fenomenen van je eigen tijd. De architectuur en de grond om de drie gebouwen in het centrum van Zundert vormen een eenheid in mijn visie. In die zin dat ze als geheel een soort rustpunt voor het dorp zijn. Een kleine oase waar mens en dier even aankomt en rondwandelt, een uitvalsgebiedje dat van iedereen is. De kerk inspireerde mij met zijn soberheid. Ik zoek in mijn werk altijd eenvoud, omdat deze juist moeilijk te bereiken is. Ik wist direct dat het atelier voor mij bijzonder zou zijn, het is zo’n spirituele ruimte. En het is letterijk ingegraven binnen deze drieëenheid. ‘Safe far from heaven’ (Joe Henry, Our Song) voelde ik mij daar als het ware. Het is een atelier dat me iedere dag deed werken en met deze groep werken toon ik wat de plek mij gaf. Van het één kwam het ander. Gedurende de vier weken liet ik mij leiden door de foto’s die ik tijdens het werk maakte met verschillende soorten camera’s. Die documentatie bepaalde hoe ik verder werkte. Hierdoor kon ik steeds even afstand nemen en nieuwe dingen ontdekken. Ik toon de polaroids in de tentoonstelling, omdat zij de schakel vormen naar een abstracte manier van kijken. Later komt er een publicatie die ook de andere foto’s zal tonen. Omdat de kerk gesloten was, werden de begraafplaats en de achtertuin voor mij des te belangrijker. En niet alleen voor mij. Het kindergraf van Vincent van Goghs doodgeboren broertje, die ook Vincent heette, functioneert als een soort van bedevaartsplaats. Verlies is iets wat ons allemaal verbind of we het willen of niet. Mijn werk gaat over ordening, volgorde van handelingen, ritme, controle versus verlies. Het overschilderen, weglaten om tot eenvoud te komen, is een metafoor voor het omgaan van misère. Alsof je het stiekem toch allemaal meester zou kunnen zijn, want dat zou ik best willen. Aan het begin van mijn residentie legde ik een groot stuk plastic zeil op de vloer van het atelier om alle sporen van het werkproces ongefilterd op te vangen. Dit zeil en de foto’s vertellen op meta-niveau over het werk. Reflectie is onderdeel van mijn kunstenaarspraktijk, dat geeft het zin.
Annemieke Fanoy
juni 2020